Donderdag 11 Maart, – Een late winterse sneeuwstorm giert om het huis terwijl ik dit blog schrijf.
De sneeuw, die al bijna een week verdwenen, was ligt alweer 15 cm hoog in de straat en de kachel moet zijn best doen om het huis warm te houden.  Twee maanden geleden nog maar dat we naar Zweden zijn geëmigreerd,  maar eigenlijk begint emigreren al veel eerder. Ik vind het een rare fase zo.  Het afscheid nemen van de kinderen in  Nederland vond ik verschrikkelijk  en als ik er aan terug denk krijg ik nog de tranen in mijn ogen. Ik geloof niet dat ik eerder zo diep besefte hoeveel ik van mijn mooie dochters houd.

Hoewel Zweden voor ons geen onbekend land is merk je wel een beetje wat het is om “vreemdeling  te zijn in een vreemd land”. Je moet je aanmelden bij de belastingdienst om je in te schrijven en een persoonsnummer te krijgen. Zonder dat persoonsnummer kun je hier vrij weinig. Geen telefoon- of sportschoolabonnement afsluiten, geen verzekering afsluiten, zelf de klantenkaart van de supermarkt krijg je niet zonder persoonsnummer.  Dus ik dacht: ”Laat ik de belastingdienst eens bellen of dat ook sneller kan”,  maar na de eerst keer : “du är person 162 i kö”, (u bent nummer 162 in de wachtrij) heb ik dat ook maar opgegeven.  Wachten dus. Hopelijk snel, maar het kan ook vier maanden duren. Nou ja, hebben we er al twee maanden opzitten in ieder geval.

Voor de meeste Nederlanders gaat de Zweedse taal niet verder dan Ikea en knäckebröd. Gelukkig beheersten we de taal al een stuk meer toen we hier aankwamen. Maar dan kom je ineens mensen tegen die heel snel praten, binnensmonds mompelen of een dialect hebben en dan besef je , oei ik ben net begonnen met leren. Hierbij ook sorry tegen alle mensen die vinden dat ik snel praat. Ik begrijp nu meer hoe lastig dat kan zijn. Langzaam maar zeker merk ik wel vooruitgang en wordt het makkelijker en hoef je iets minder na te denken bij elke zin die je maakt. Vooral doorgaan dus maar.

Onze reis begon met afscheid nemen en je voelt dat dit komt door de afstand die er is tussen Nederland en Zweden. Die afstand voel ik nu je hier een nieuw bestaan opbouwt. Je mist de makkelijke gewone dagelijkse zaken. Even bij familie langs gaan om te kijken of ze thuis zijn, even met vrienden samen voetbal kijken. Gewone dingen die dus toch eigenlijk heel bijzonder blijken te zijn wanneer het er niet is. Die afstand voelde ik nog veel meer toen het bericht kwam dat mijn zusje op sterven lag, Geen kans om even snel terug te gaan en afscheid te nemen. Afstand voelt dan als pure pijn tot in het diepst van wie je bent. Het liefst ben ja op zo’n moment gewoon terug in Nederland bij je gezin en familie.  Zeker in corona tijd kun je niet gewoon in de auto stappen en terugrijden, maar moet je eerst een hele planning maken. Teruggaan voor de begrafenis was goed en daarna terug gaan naar Zweden ook, maar het doet je wel beseffen wat echt belangrijk is in het leven en dat is “de liefde”. Man wat is dat mooi en tegelijk, wat kan dat een pijn veroorzaken.

Ik sluit af. Het gaat goed! We genieten hier in het mooie Zweden van de natuur, nieuwe contacten, nieuwe cultuur en dromen die we mogen uitwerken en uitvoeren. We genieten en ik wens je hetzelfde toe!. Of zoals mijn zusje de laatste jaren als lijfspreuk had ondanks haar ziekte:
“Geniet , maar niet met mate!”
Het ga je goed, zegen!
Arend Jan